Perspectief tekenen.

Lees hieronder de theorie van het perspectieftekenen en kijk de video's op deze pagina waarin perspectief wordt uitgelegd.

Perspectieftekenen is een technische manier van tekenen die dingen  in perspectief laat zien. Perspectief betekent dat je - afhankelijk van je standpunt - diepte creëert in je tekening. Wat dichtbij is wordt groot en wat verder weg is wordt kleiner. De techniek van perspectiefleer heeft te maken met verdwijnpunten: in je tekening zijn punten waar je de lijnen naar toe tekent, waardoor er diepte ontstaat.

Bij het perspectieftekenen bestaan er meerdere manieren om perspectief te tekenen: 1-puntsperspectief, 2-puntsperspectief en 3-puntsperspetief.

In de video's hieronder zie je uitleg over de verschillende manieren. Bestudeer de tutorials goed. En scroll maar eens naar beneden om te kijken wat je op het einde gaat maken!

Opdracht 1A - oefening 1

Lees natuurlijk eerst de bronnen en kijk de video's: die heb je nodig om perspectieftekenen te leren begrijpen. Je maakt daarna bij deze opdracht tekeningen om te oefenen met perspectieftekenen. Het doel is om helemaal te snappen hoe je moet werken met verdwijnpunten op de horizon bij het tekenen.

1. Teken als eerste een (lucifer)doosje of andere rechthoekige vormen vanuit twee verschillende standpunten.

2. Zet als tweede daarna twee (lucifer)doosjes scheef op elkaar, die je dan ook tekent in perspectief. Let op! Deze twee gestapelde doosjes hebben dus beiden een eigen verdwijnpunt op de horizon!

Als experiment kun je ook een toren maken van meerdere luciferdoosjes.

Oefen met perspectieftekenen en neem het geleerde mee in de verdere uitwerking van de opdrachten.

Gebruik hiervoor de bronnen bij deze opdracht die je leren hoe dat moet. Maak foto's van je tekeningen, ook voor later in je procesverslag. Laat op deze manier zien dat je lekker geoefend hebt!

Opdracht 1B - oefening 2

B. Maak vervolgens zelf een goede tekening op ongeveer A4 formaat (met kantlijn 2 cm) van een huis van de buitenkant in tweepunt-perspectief. Misschien je eigen woonhuis? Er bestaan natuurlijk veel meer video's met voorbeelden van perspectieftekenen die misschien veel leuker zijn. Teken ook schaduwen in je tekening. 

TIP: bekijk perspectieftekeningen (zoek op internet) en kijk waar de verdwijnpunten zitten! 

Als je verdwijnpunten buiten je vel papier liggen, kun je een blaadje onder je tekening plakken.

Een handige site om stap voor stap te werken met 1-punts, 2-punts of andere perspectieven is Perspectief tekenen voor beginners stap voor stap uitgelegd: | CultuurPunt.be 

Laat zien dat je geoefend hebt met verschillende perspectieven en laat de hulplijnen die je hebt gebruikt zichtbaar in je tekening, maar wel dun getekend.

Neem foto's van de resultaten voor in je procesboek!

Opdracht 2 - start van de eindopdracht

Een kamer in perspectief - begin van de eindopdracht

Teken op een blad van 50x65 een mooie kamer (en dingen die erin staan) in een één- of twee-puntsperspectief. Probeer maar eens je slaapkamer of je woonkamer te tekenen.

Het tekenen in tweepuntsperspectief en het kiezen van complexere vormen wordt hoger beloond

Maak op je eindblad eerst een kantlijn van een paar cm. Die kantlijn houd je wit. Soms staan de verdwijnpunten op je horizon buiten je tekening. Als je kiest voor het eenvoudig tekenen in éénpunts-perspectief, teken dan andere elementen in je kamer in tweepuntsperspectief. Het kiezen voor uitdaging betekent hogere beoordeling. 

TEKEN hulplijnen MET VOORZICHTIGE LIJNEN DIE JE LATER GEMAKKELIJK WEER UIT KUNT GUMMEN!

Deze tekening wordt de basis van je eindwerkstuk. Misschien je eigen kamer? Het tweepuntsperspectief (wat net iets moeilijker is, maar ook mooier kan zijn dan 1-punts) geeft een uitdaging, daar wordt daar bij de beoordeling uiteraard rekening mee gehouden! Proberen maar!

Teken de kamer alleen in dunne lijntjes en vul nog geen vlakken. Een handige site om stap voor stap te werken met 1-punts, 2-punts of andere perspectieven is Perspectief tekenen voor beginners stap voor stap uitgelegd: | CultuurPunt.be 

Maak tijdens het tekenen foto's die laten zien hoe de tekening steeds beter wordt! De hoofdlijnen teken je in dikkere lijnen (hulplijnen mogen nog vaag zichtbaar zijn).

Het is extra leuk als je in je getekende kamer optische grapjes maakt (perspectief dat eigenlijk niet kan).

Opdracht 3 - een eigen behangetje

Je eigen patroon aan de muur.

Je kent vast wel van die patronen van die behangetjes uit de seventies (1970-1980). Ze zijn nu populair als decoratief behang. Florale motieven (uit de natuur), dieren of geometrische vormen, het zijn populaire wanddecoraties.

Jij gaat ook een interessant behangpatroon ontwerpen, en die uiteindelijk toevoegen in je perspectieftekening uit de vorige opdracht!

Kijk maar eens naar het patroon hieronder en probeer te zien waar het patroon aansluit. Zie je hoe het werkt?

LEES GOED:

Dit behang heeft dus een patroon dat aansluit aan de buitenkant. In het vlak kun je dus ALLES doen, als het aan de randen maar aansluit op de juiste punten. Wat je links doet, moet rechts aansluiten. Wat je boven doen, moet onder aansluiten!

Stap 1.

Maak een onderwerp of een motief om in een behang te verwerken (natuurpatronen, bladmotieven enz.) en werk dat patroon uit  in een vierkant van 15x15 cm..

- let op de punten waar de patronen moeten aansluiten

- maak een variatie in vlak, lijndikte en vorm zodat er een speels patroon ontstaat, gebruik ook organische vormen

- ontwerp het patroon zwart/wit in lijnen, en vul het later in (kleur of zwart wit) zodat het een echt 'behangetje' wordt.

Stap 2.

Check of het patroon klopt en dat je het door kan leggen. Maak een foto van je patroon dat je voortdurend herhaalt (ongeveer 3x3 cm), bijvoorbeeld door kopiëren, of door een fotootje in Word, en dan uit te printen. Dit printje gebruik je in je werkstuk door het op de juiste manier te knippen en op de muren te plakken in je tekening.

Geef daarna het patroon kleur (door waterverf of kleurpotlood)

Stap 3.

Plaats je patroon op twee muren in je perspectieftekening. Snij deuren, ramen en andere dingen die er voor staan uit jouw patroon weg.

LET OP: Het is juist de bedoeling dat het patroon niet in perspectief is!

Opdracht 4 - er gaat iets interessants gebeuren!

Een vreemde toevoeging

Je hebt in opdracht 3 je zelfontworpen behangpatroon toegevoegd op (een aantal) muren in je perspectieftekening uit de vorige opdracht. Dit geeft een apart effect, omdat het patroon niet in perspectief is gemaakt.

Nu bedenk je een vreemde en maffe situatie en je voegt die toe in je tekening, zoals bijvoorbeeld in de afbeeldingen onderaan deze pagina, waardoor het werk een vreemde sfeer krijgt - waardoor je denkt 'huh, wat gebeurt daar?' Je kunt denken aan iets dat eigenlijk onmogelijk is of iets dat in werkelijkheid niet kan of wat heel vreemd is.

Kleur tot slot je tekening in met kleurpotlood, waterverf of stift, waardoor deze full-colour wordt.

Opdracht 5 - afronden

Afronding!

Rond je periode af door het inleveren van je eindwerkstuk en een procesverslag.