Procesverslag
Een opdracht sluit je altijd af door terug te kijken naar de periode die je aan een opdracht hebt gewerkt. Hieronder lees je daar meer over.
Als je bezig bent met een opdracht dan moet je goed de dingen bijhouden die je doet. Je oefent, bekijkt bronnen en oefen, je leest dingen, je ziet afbeeldingen die allemaal hebben te maken met de opdracht. Het spreekt voor zich dat als je experimenteert, je meer leert. Dit houd je allemaal bij in je persoonlijke procesverslag. Die lever je in als je de opdracht afrondt (vaak bij een eindwerkstuk).
Je verslag geeft een goed beeld van wat je hebt gedaan, welke dingen je hebt onderzocht en bekeken, waarmee en hoeveel je hebt geoefend en welke keuzes je hebt gemaakt. Dit hele proces laat ook zien hoe je opdrachten aanpakt en wat je kunt. De beoordeling wordt gedaan op basis van alle dingen die je inlevert: al je schetsen en oefeningen, je eindwerkstuk (met een eventuele presentatie), de deelopdrachten en je procesboek.
WAT STAAT IN EEN PROCESVERSLAG
- In je verslag neem je foto's op van wat je hebt gedaan (een portfolio) en je eindwerk
- Je beschrijft aan de hand van je werk en bij deze foto's wat je hebt gedaan, wat je hebt geleerd en hoe je dat hebt gedaan
- Je vertelt hoe je tot je eindwerkstuk bent gekomen, hoe je dat hebt aangepakt. Daarbij laat je merken dat je kritisch kunt kijken naar je eigen werk door je aanpak te analyseren (Wat gaat goed, wat kan beter, wat moet ik leren, wat moet ik oefenen)
- Je vertelt iets en analyseert de kwaliteit van je eindwerkstuk, om te ontdekken of je de theorie hebt weten te gebruiken voor een goed werkstuk.
- Je leest de opdracht en de criteria door en controleert of je werkstuk hebt (af)gemaakt volgens de criteria
- Je evalueert je werkwijze en trekt conclusies over wat je aan moet passen aan je manier van werken
- je denk na over de vaardigheden die bij deze opdracht horen en kijkt of je daar wat hebt geleerd
- maak het in een mooie leesbare opmaak in correct Nederlands
Maak jouw eigen website met JouwWeb